Dit jaar waren er in totaal zeven inzendingen rond het thema ‘Natuurkunde op afstand’. De juryleden Sandra Schneider (medewerker NVON-bureau / docent natuurkunde Kandinsky College), Paul Doorschot (lerarenopleider HAN), Wouter Spaan (lerarenopleider HvA) en Ad Mooldijk (vakdidacticus UU / WND-bestuurslid) hebben de inzendingen beoordeeld op onder andere fysische correctheid, gebruikte didactiek, onderbouwing van de aanpak, creativiteit en bruikbaarheid voor anderen.
De inzendingen zijn allemaal op afstand uit te voeren, en dat was te verwachten in deze tijd. Eén inzending ging zelfs in op modelleren van COVID-19! Sterrenkunde was ook een dankbaar onderdeel van de inzendingen. De jury heeft het met zulke inzendingen natuurlijk moeilijk gehad om een goede keuze te maken, maar is er wel uitgekomen: op drie Fedde Kortstra met Onderzoek aan sterren, op twee Jacco Dankers met een Practicumthuistoets over optica, en ten slotte op één… Stijn Folkerts met Habital planets.
De volledige verzameling inzendingen voor de themawedstrijd inclusief het oordeel van de jury staat hieronder. Het ingezonden materiaal is via Verkenner te vinden in de map ‘Themawedstrijd’ op deze verslag-DVD.
Jacco heeft de leerlingen een kleine lens (vergrootglas) thuis bezorgd, waarmee ze daar een practicum kunnen doen. Het betreft een thuistoets met verder daar aanwezige materialen. De opdrachten zijn redelijk open, vragen denkwerk en de leerlingen moesten zelf creatief omgaan met de opdrachten. Het practicum laat aardig zien dat natuurkunde ook thuis te vinden is! De proeven kunnen zeker ook goed gebruikt worden als onderbouwing van de theorie. De leerlingen worden uitgedaagd om conceptueel inzicht te krijgen.
Dit is een mooi gemaakte, onderbouwde les aan de hand van gamification-principes, waarbij leerlingen zelf de verschillende onderdelen verdelen en moeten samenwerken om tot een goed einde te komen. De leerlingen gaan van verzonnen exoplaneten onderzoeken of deze bewoonbaar zijn. De opgaven zitten goed in elkaar, er is gekeken naar mogelijke fouten in de antwoorden. Leerlingen krijgen direct feedback als hun antwoord niet klopt. Voor docenten is er een handleiding via een filmpje. Het materiaal is al veel uitgeprobeerd. Een punt van aandacht is het opschrijven van eenheden, die staan nu af toe in italic.
De leerlingen stappen in een online escaperoom waarin observaties van sterren verwerkt moeten worden. Een mooi idee voor een game/room met codes die uitgerekend moeten worden. De werkvorm is goed toepasbaar voor andere onderwerpen waar veel gerekend wordt, zodat de codes berekend kunnen worden. De gebruikte stof is hier en daar zeer creatief toegepast ten opzichte van de werkelijkheid, waardoor het astronomisch niet altijd meer klopt.
Iedere leerling krijgt intensiteitsmetingen van een echte ster met als opdracht om een aantal eigenschappen van die ster daaruit te bepalen. Voor het verwerken van de data is een filmpje aanwezig, waarin dat stap voor stap wordt voorgedaan. Elke leerling doet hetzelfde met een andere ster. Leerlingen moeten ook een experiment gericht op de kwadratenwet thuis doen met een lichtbron. Daarvoor is een voorbeeld aanwezig dat niet direct een stappenplan is. Leerlingen die geen puntbron gebruiken (zoals een TL-buis) komen dan wel in de problemen. Het is gemaakt als onderdeel van een PTA, maar kan natuurlijk ook in de gewone les online of met pc’s in de les gedaan worden. Het geheel vraagt veel zelfstandigheid van de leerling. Er moet nog wel gekeken worden naar de significantie van de gegevens en naar tikfouten in het materiaal.
Door Corona moest er nog een ontwerpopdracht in vwo-4 op een alternatieve manier gedaan worden. Erik heeft ervoor gekozen om deze thuis uit te laten voeren met het ontwerpen van een papieren vliegtuigje volgens de ontwerpcyclus. De leerlingen zijn een dag bezig en geven steeds door als ze klaar zijn met een deel van de cyclus. De aanpak is daarmee vrij strak. Leerlingen vonden het een leuke manier van toetsen (zie NVOX-artikel). Voor een toets is een dag wel lang. We misten een rubric, die aangeeft waar op gelet wordt bij het beoordelen. ‘Zijn ontwerpen van papieren vliegtuigjes niet snel op internet te vinden?’, was onze vraag. Dat haalt mogelijk wat creativiteit uit de leuke opgave en aanpak.
Janine was ontevreden met de stof over modelleren en heeft zelf een stukje methode ervoor geschreven. Bij een moeder-dochter model van radioactiviteit zag ze veel overeenkomst met het SIR-model voor de verspreiding van COVID-19, en ze heeft dat in het werkblad verwerkt. De geschreven methode en de COVID-opdracht zijn goed thuis door leerlingen te gebruiken. De leerlingen worden daarin sterk bij de hand genomen. Er zitten leuke onderdelen bij die goed door anderen gebruikt kunnen worden. Het is aan te bevelen de tikfouten er dan uit te halen.
Jasper heeft een opdracht in een online les gedifferentieerd aangeboden. De aanpak is creatief en uitdagend. De leerlingen worden met een filmpje verleid om aan de slag te gaan. Dat doen ze dan ook enthousiast. De gebruikte context van de Efteling zal aanspreken. De video’s zijn een goede toevoeging, maar de jury vraagt zich wel af of deze filmpjes ook gebruikt kunnen worden voor leerlingen die Jasper niet als docent hebben. Het geheel is goed onderbouwd, wat logisch mag heten bij een opdracht voor vakdidactiek in het kader van de lerarenopleiding. De berekeningen voor de leerlingen zijn vrij standaard. Jasper geeft aan dat de les een gamification-aspect in zich heeft, dat onderschrijft de jury niet.