‘Als de mens de werking van een orgaan kent, moet hij in staat zijn het te bouwen.’ – Prof.dr. W.J. Kolff (1911-2009)
Hoe red je mensenlevens met een waterbak van een pannen.fabriek, een waterpomp van een T-Ford, een kunstmatig worstenvel en aluminium uit een neergeschoten Duits jachtvliegtuig? De Nederlandse uitvinderarts prof.dr. Willem Johan ‘Pim’ Kolff (1911-2009) deed het. Hij bouwde tijdens de Tweede Wereldoorlog de eerste kunstmatige nier ter wereld, na zijn emigratie naar de VS in 1950 gevolgd door een hart-longmachine (1956) en het kunsthart (1957). Kolff geldt als de belangrijkste pionier op het gebied van orgaanvervangende apparaten in de geneeskunde, één van de belangrijkste ontwikkelingen in de geneeskunde tijdens de twintigste eeuw. Maar hoe forceerde hij deze doorbraak?
Kolff-biograaf Herman Broers leidt u in deze rijk geïllustreerde lezing door één van de fascinerendste hoofdstukken in de geschiedenis van de moderne geneeskunde. Aan de hand van Kolff en zijn kunstnier toont hij aan hoe een sterk staaltje natuurkunde aan den lijve tot op de dag van vandaag miljoenen menslevens redt.
Herman Broers (1970) is auteur en biograaf. Hij publiceerde reeds twee boeken over Kolff: Dokter Kolff, kunstenaar in hart en nieren (2003) en Inventor for Life, the Story of W.J. Kolff, Father of Artificial Organs (2007). Broers is directeur van de Willem Kolff Stichting in Kampen en sinds 2008 als promovendus verbonden aan het Biografie Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij werkt aan een dissertatie over leven en werk van Kolff.
