 | Jaap op de Beagle Activiteit, video van Talentenkracht |
| Beschrijving van de activiteit Aan boord van de clipper Stad Amsterdam, die de reis van de Beagle maakte, is meer dan genoeg te zien om vragen over te stellen en er kunnen veel (soorten) waarnemingen gedaan worden. Het schip zelf: een zeilschip met drie masten en een motor; vlaggen/windvanen; veel (opgerolde) zeilen; katrollen om de zeilen te hijsen; het schip is gemaakt van hout en ijzer. Drijft hout, drijft ijzer, waarom drijft de boot? Navigatie: hoe weet je waar je bent (kompas, kaarten, land in zicht); hoe diep ligt het schip; hoe diep is het water; waar komt de wind vandaan; hoe kun je dat zien; waarom varen we op de motor; waarom zeilen we niet? |
| Beschrijving van de videoclip Jaap (8 jaar) en de onderzoeker staan op het middendek van de Beagle onder het want. “Dit is een zeilschip, waarom zeilen we eigenlijk niet?” Jaap denkt dat het aan de wind ligt, die komt daar vandaan en waait die kant op. Je kunt volgens hem niet zien waar de wind vandaan komt, dat moet je voelen. Als je rond kijkt kun je ook wel een beetje aan de vlaggen zien waar de wind vandaan komt, die wimpel gaat die kant op. Ze varen op de motor. “Denk je dat dit een houten of een ijzeren schip is?” Jaap denkt best veel van hout en best veel van ijzer. De zijkant is waarschijnlijk van ijzer en een beetje van hout. Hij weet dat ijzer zinkt en hout drijft. Een ijzeren schip kan drijven omdat er veel lucht in zit, die lucht zit onderin. Een ballon drijft toch ook! De onderzoeker vraagt Jaap waarom deze driemaster niet 1 groot zeil heeft in plaats van allemaal van die kleintjes. Jaap heeft geen idee. “Als je dat vergelijkt met kleine bootjes met 1 of 2 zeilen, heeft deze boot misschien wel 20 zeilen…..” Jaap krijgt een idee: “Als er één scheurt dan heb je altijd nog andere, en een hele bolle scheurt makkelijk want er staat heel veel kracht op, heel veel.” Jaap staat met een touw in zijn hand. Ze kijken naar al die katrollen. Jaap denkt dat je met een enkele katrol veel meer kracht moet zetten dan met een dubbele of drievoudige katrol. “Nou heb ik wel eens gehoord dat de aarde …” “rond is” valt Jaap de onderzoeker in de rede. Volgens hem kun je een beetje van de bolling van de aarde zien als je over de reling van het schip kijkt. “Een beetje, maar niet heel erg, want dan zou de aarde zo’n klein bolletje zijn.” Ze hebben het ook nog over de diepgang van het schip. Jaap is gisteren in de stuurhut geweest en weet dat het schip tussen de vier meter 50 en vijf meter ‘diep steekt’. “Heb je ook uitgevist hoe ze weten waar we hier zijn?” Dat gaat met radar, boeien en allerlei instrumenten. Hoe ze het vroeger deden in de tijd van de echte Beagle, dat weet hij niet. |
| Freudenthal Instituut: Home - Universiteit Utrecht | Freudenthal Collectie: Home - Showcase - Archief | Subset: Wetenschap & Technologie |
