 | Marijn en Maurits en de knikkers Op tafel staat een doorzichtige pot, gevuld met meer dan honderd knikkers in verschillende soorten en maten |
| Beschrijving van de activiteit Op tafel staat een doorzichtige pot, gevuld met meer dan honderd knikkers in verschillende soorten en maten. De pot is afgesloten met een deksel. Er is ook een theedoek beschikbaar, die gebruikt kan worden om de knikkers op te leggen. De theedoek wordt pas aangeboden als het wegrollen van de knikkers grote problemen oplevert. De onderzoeker vraagt het kind om uit te zoeken hoeveel knikkers er in de pot zitten. De onderzoeker vermijdt in eerste instantie het woord tellen. |
| Beschrijving van de videoclip Er staat een pot met knikkers op tafel en aan Marijn (vijf jaar en negen maanden) en Maurits (vier jaar en elf maanden) wordt gevraagd hoeveel knikkers er in de pot zitten. 'Meer dan honderd', schat Marijn. 'Wel tweehonderd', zegt Maurits. 'Nee, zoveel niet', denkt Marijn. 'Het lijkt niet meer dan honderd.' Hoe zou je het uit kunnen zoeken? 'Eerst op een rijtje leggen en dan tellen', stelt Maurits voor. Allerlei strategieën passeren de revue. Vooral de manier waarop de kinderen tellen en met de getelde knikkers omgaan valt op. De onderzoeker helpt soms een beetje met de namen van volgende tientallen. Maurits mag knikker 101 in de pot doen, en zegt na honderd: 'Tweehonderd.' Marijn vervolgt met: 'Driehonderd.' Maurits: 'Vierhonderd.' De onderzoeker is nieuwsgierig wat er na negenhonderd komt, maar zover komt het niet. Marijn zegt bij knikker 105: 'Honderdvijf.' Maurits kijkt naar Marijn en zegt dan: 'Honderdzes' en krijgt een kort knikje van Marijn. En zo maken ze het af, tot honderdzevenentwintig. |
| Freudenthal Instituut: Home - Universiteit Utrecht | Freudenthal Collectie: Home - Showcase - Archief | Subset: Wetenschap & Technologie |
