 | Marien en de spiegel In deze activiteiten gaat de onderzoeker met het kind op zoek naar wat je allemaal kunt zien in de spiegel. |
| Beschrijving van de activiteit In deze activiteiten gaat de onderzoeker met het kind op zoek naar wat je allemaal kunt zien in de spiegel. De spiegel die gebruikt wordt is een kleine metalen zakspiegel zonder rand, die in een standaard (houten blokje met sleuf) geplaatst kan worden. De onderzoeker stelt vragen als 'Wat zie je in de spiegel?' en 'Kun je mij ook in de spiegel zien?'. In het vervolg van de activiteit wordt op tafel een opstelling gemaakt met een muurtje van blokjes met daarachter een poppetje. De vraag is hoe je de spiegel, in de standaard, kunt neerzetten zodat je het poppetje in de spiegel kunt zien. |
| Beschrijving van de videoclip 'Heb je dit wel eens gezien?' is de eerste vraag van de onderzoeker. 'Ja, dat is een spiegel', zegt Marien (vijf jaar en vier maanden oud). Marien is kennelijk ook vertrouwd met een spiegel waarin je jezelf groter en kleiner kunt zien. De onderzoeker gebruikt hier een metalen spiegeltje dat aan beide kanten vlak is. Make-up spiegels hebben nogal eens andere eigenschappen. 'Wie zie je in de spiegel?' 'Mezelf', antwoord Marien. 'Kun je ook je moeder in de spiegel?' zien vraagt de onderzoeker (de moeder van Marien mocht op een afstandje bij de opnamen zitten). Nee, Marien kan zijn moeder niet in de spiegel zien. Maar door de spiegel zo half voor zijn ogen te houden en er een beetje over heen te kijken ziet hij toch zijn moeder. De onderzoeker plaats nu de spiegel in de standaard en begint hem heel langzaam een beetje te draaien. Marien reageert meteen door om te gaan kijken. Hij realiseert zich dat wat hij ziet achter hem is. En kan het ook aanwijzen. Het doordraaien van de spiegel brengt een hoek van de tafel achter hem in beeld. Maar ja, welke hoek is dat? 'Ja, die hoek.' 'Want dan zie ik ook mijn moeder.' Marien ontdekt al snel dat het veranderen van de positie van je ogen ook datgene wat je in de spiegel ziet verandert. Marien heeft een vriend die Reinout heet. Hij is vertrouwd met het spelletje verstoppertje. Dat speelt hij ook wel eens thuis. Hij zoekt even contact met zijn moeder. Hij heeft op zijn eigen kamer een verstopplek waar zijn moeder hem niet kan vinden. De onderzoeker verstopt zijn vriendje Reinout (een Playmobil poppetje) achter een muurtje. Het lukt Marien niet om Reinout in de spiegel te zien. De onderzoeker helpt een beetje door de positie van de spiegel te veranderen en dan komt Reinout in beeld. De onderzoeker zet er nog een muurtje bij. Dan lukt het Marien om zijn vriendje in beeld te krijgen door het spiegeltje opnieuw neer te zetten en de positie van zijn hoofd te veranderen. |
| Freudenthal Instituut: Home - Universiteit Utrecht | Freudenthal Collectie: Home - Showcase - Archief | Subset: Wetenschap & Technologie |
