Jip en de tandwielen
Activiteit, Talentenkracht
  |  © freudenthal instituut  |  Bron  |  2193 views  |  Home  |  

Beschrijving van de activiteit

Kinderen onderzoeken het fenomeen tandwiel en de werking daarvan. De tandwielen kunnen draaien en geschakeld worden door ze (in hun middelpunt) vast te prikken op een vlakke ondergrond. Eerst worden twee even grote tandwielen aangeboden. Onderzocht wordt: - of de tandwielen dezelfde kant opdraaien (nee, twee geschakelde tandwielen hebben altijd een tegengestelde draairichting); - of de tandwielen even hard draaien (ja, als ze even groot zijn; nee, als ze verschillend van afmeting zijn). Dit onderzoek wordt opnieuw uitgevoerd met één of twee extra tandwielen in een groter of kleiner formaat. Opnieuw wordt onderzocht: - welke tandwielen dezelfde kant opdraaien; - welke tandwielen even hard draaien.



Beschrijving van de videoclip

Jip (5 jaar 11 maanden) en de onderzoeker zitten aan tafel. “Heb je zo’n ding wel eens gezien?” vraagt de onderzoeker aan Jip en laat haar een tandwiel zien. “Ja!” “Waar heb je die gezien?” Hij prikt een groot en een klein tandwiel op het bord. “Bij een machine.” “Wat gebeurt er als je gaat draaien?” “Dan gaat die andere ook draaien.” Jip wil gelijk gaan draaien, maar de onderzoeker houdt haar tegen. Eerst vertellen wat er gaat gebeuren, dan kijken of het klopt. “Draait die dezelfde kant op?”vraagt hij. “Nee!” Jip is heel zeker van haar zaak. “Nou omdat die daar komt en dan gaat die zo.” Ze wijst op de plaats waar de tandwielen in elkaar grijpen. “Omstebeurt gaan ze dan.” De snelheid is niet gelijk: “Omdat die (de kleine) nu even zachtjes gaat en dan gaat die even hard (de grote). Nu mag Jip draaien. Ze draait de kleine rond en ze zijn het eens dat de wieltjes verschillende kanten opdraaien, ze stelt haar mening over de snelheid bij, de kleinste draait het snelst ziet ze. Ze controleren dit door de puntjes op een klein en groot tandwiel tegenover elkaar te zetten. Je moet het kleine tandwiel twee keer draaien tegen het grote één keer om de puntjes weer bij elkaar te krijgen. “Weet je hoe dat komt? “vraagt Jip aan de onderzoeker. Omdat deze kleiner is, dan kan die kleiner rond draaien en omdat die groter is, dan kan die groter rond draaien. Jip demonstreert het nog een keer. De onderzoeker voegt een derde (groot) tandwiel toe en vraagt Jip welke kant ze op draaien. Dat doet hij nogmaals met een klein tandwiel. Al redenerend en draaiend aan de verschillende tandwielen komt Jip er uit. “De buitenste twee draaien dezelfde kant op!”



Klik hier als de video niet direct afspeelt


  |  Freudenthal Instituut: Home - Universiteit Utrecht  |  Freudenthal Collectie: Home - Showcase - Archief  |  Subset: Wetenschap & Technologie  |