[an error occurred while processing this directive]
Je lengte in euro's |
|||||||||||||
We gaan in deze les na hoe leerlingen leren dat kommagetallen voortkomen uit het verfijnen van het meten. Een dergelijke verfijning kan bijvoorbeeld ontstaan als er preciezer moet worden gemeten. In deze les bespreken we de betekenis van de ‘cijfers achter de komma’ met de leerlingen om ze bewust te maken van dit verfijnen. We doen dit door te starten met een probleem waarin de maat noodzakelijkerwijs heel precies is: de dikte van een euromunt.
|
De leerkracht introduceert de context bij de kinderen. Het gaat om Willeke uit groep 7 die een geweldige prijs heeft gewonnen. Ze krijgt een stapel euro’s die net zo hoog is als ze zelf. Omdat Willeke wil weten hoeveel geld ze zo krijgt meet ze zichzelf direct op. Wanneer Willeke haar lengte meet, zonder schoenen aan, is ze precies 1 meter en 53 centimeter.
Vervolgens stelt de leerkracht de kernvraag: Hoeveel euro zou Willeke gewonnen hebben?
|