Wiskunde van de geschiedenis U leest het goed: niet geschiedenis van de wiskunde maar
het omgekeerde. Want in geschiedkundig en archeologisch onderzoek speelt
wiskunde een steeds grotere rol. Het schoolvoorbeeld hierbij is natuurlijk
de C-14 methode: de hoeveelheid koolstof 14 isotopen geeft een idee hoe
oud organische materialen zijn. Kwantitatieve aspecten van grootschalig geschiedenis onderzoek Dr. George M. Welling vrijdag 15.30-16.15 uurIn de moderne geschiedschrijving voert de Narrativistische
school de boventoon, maar er vindt ook nog steeds grootschalig kwantitatief
onderzoek plaats. Denk hierbij vooral aan economische geschiedenis,
sociale geschiedenis en demografische geschiedenis. Een ernstig probleem
bij deze vormen van onderzoek is de hoeveelheid benodigde gegevens
om tot een betrouwbaar beeld te komen. Vaak zijn gegevens geheel of
gedeeltelijk verloren gegaan, hetgeen zijn eigen problemen schept.
Maar ook als er wel lange tijdreeksen zijn overgebleven, doen er zich
een aantal ernstige problemen voor. Zo zijn gegevens uit de vroeg-moderne
tijd vrijwel altijd in handschrift overgebleven. Optical Character
Recognition ( ocr ), een systeem om teksten
van papier om te zetten in een digitale vorm, werkt vrij goed voor
gedrukt materiaal, maar voor handschriften zijn de resultaten bedroevend. |
|
In mijn onderzoek naar de handel van Amsterdam aan het einde van de achttiende
en begin negentiende eeuw heb ik gebruik gemaakt van de `Paalgeld Registers',
een register van een heffing op inkomende scheepvaart in Amsterdam. Voor
mijn dissertatie heb ik hieruit een database van schepen en scheepsladingen
gemaakt die ongeveer 50.000 scheepsbewegingen betreft. In deze lezing zal ik ingaan op methoden die ik gebruikt heb om het invoerproces te versnellen. Het cruciale aspect hiervan is het gebruik van hetgeen reeds ingevoerd is als knowledge base voor een soort expert systeem. Op basis van regels en statistische analyse van de invoer tot een gegeven ogenblik worden standaard waarden (defaults) gegenereerd, zodat het aantal toetsaanslagen tot een minimum gereduceerd kan worden. Gebruik makend van een combinatie van een aantal technieken is het mogelijk om het benodigde aantal toetsaanslagen met ongeveer 60 procent te beperken. Deze methode is in verschillende grootschalige onderzoeken gebruikt, onder andere in het Srebrenica-onderzoek van het niod, en heeft bewezen te leiden tot een aanzienlijke versnelling van het invoer-proces, alsmede tot een verhoging van de kwaliteit van de invoer, doordat alle invoer getest wordt op validiteit. De databases die op deze manier tot stand zijn gekomen lenen zich bijzonder goed voor allerlei vormen van statistische analyse. |
|
Datering van archeologische vondsten met behulp van wiskunde en statistiek Prof.dr. Patrick J.F. Groenen vrijdag 16.15-17.00 uur |
|
Figuur 1 | |
In de archeologie is het vaak moeilijk om opgegraven voorwerpen te
dateren. Een van de methoden hiervoor is koolstofdatering. In deze presentatie
gaan we in op een andere methode, die gebruik maakt van de verdeling
van de gevonden voorwerpen. In de archeologische plaats Sagalassos (Turkije)
wordt gezocht naar overblijfselen uit de periode van 50 tot 750 na Christus.
Elk jaar worden daar opgravingen verricht op specifieke vindplaatsen
en wordt genoteerd welke (overblijfselen van) aardewerk er zich bevonden.
Figuur 1 toont een aardewerken pot opgegraven in Sagalassos. Het achterhalen van de volgorde van de vindplaatsen in de tijd, aan de hand van de verdeling van het aantal gevonden voorwerpen, wordt seriatie genoemd. Het idee is dat de verdeling van het aantal vondsten van een bepaald type aardewerk een populariteitscurve volgt: eerst komt het type niet voor, vervolgens wordt het populair en daarna verdwijnt het weer. Door de vindplaatsen op volgorde te leggen voor verschillende typen aardewerk, wordt geprobeerd de onbekende populariteitscurve te benaderen. In figuur 2 gebeurt dit op een handmatige manier. |
|
Figuur 2 |
|
Inmiddels zijn er diverse statistische methoden voor seriatie ontwikkeld die gebaseerd zijn op de eentoppigheid van de populariteitscurve. Een van die methoden, die van correspondentie analyse, maakt gebruik van een speciale matrix decompositie. In mijn presentatie zal ik laten zien hoe deze methode in zijn werk gaat. Een nadeel van de meeste seriatiemethoden is dat ze alleen de volgorde van de vindplaatsen teruggeven, maar niet de tijd zelf. Dit kan opgelost worden door extra informatie te gebruiken over datering van enkele vindplaatsen. Zo kan een gedateerde munt uitsluitsel geven over het precieze jaartal van de vindplaats. Ook weet de archeoloog zeker dat als er twee vindplaatsen boven elkaar zijn, de onderste altijd ouder moet zijn dan degene erboven. Ik zal laten zien hoe deze extra informatie gebruikt kan worden met behulp van lineaire (on)gelijkheidsrestricties om een schatting te geven van de datering van een vindplaats aan de hand van gegevens uit Sagalassos.
Calculating Chronology in Archaeology Irmela Herzog zaterdag 10.30-11.15 uur `How old is it?' is a key question in archaeology, but it is usually
easier to answer the question `What came first, what happened afterwards?'
This is known as relative chronology. It is a familiar geological principle
that in a profile the sequence of layers reflects the sequence of their
creation, i.e. the deepest layer is the oldest, while the topmost is
the most recent one. For archaeological purposes, this principle can
be extended, to include pits, ditches, walls, etc. In urban excavations,
often hundreds of archaeological layers are recorded along with their
chronological relationships. These layers and their relationships form
a partially ordered set, which is displayed as a directed orthogonal
graph referred to as Harris matrix in archaeology.Frequently, archaeologists
know that two or more layers are contemporary, for example the post
holes that belong to one house. The contemporary relationships are equivalence
relations that are embedded in the partially ordered set.In this presentation,
algorithms for laying out the Harris matrix graph will be discussed,
including a projection pursuit application. In addition, methods for
the detection of recording errors and the elimination of transitive
relationships will be presented. It is easy to create a total order
from a partially ordered set, but often the number of ways to do so
is immense, even for small data sets. For the archaeologist this means
that additional information is needed in order to fix the floating chronological
sequences.The audience should have some basic knowledge of graph theory,
all other concepts will be explained during the presentation.
A sample profile (left) and a Harris matrix graph (right) based on that profile Literatuur en bronnen |